Lesvoorstel over kankerverwekkende stoffen voor leerlingen van minimaal 11 jaar en ouder

Lesvoorstel over kankerverwekkende stoffen voor leerlingen van minimaal 11 jaar en ouder

Laatste update August 18, 2025

Dit project maakt deel uit van de Roadmap on Carcinogens 2. Strategie 2020-24. Onder het motto ‘You can’t teach an old dog new tricks’ moet al op basisscholen worden begonnen met de bewustmaking van beroepscarcinogenen. Er moeten strategieën worden ontwikkeld en geïmplementeerd om jongeren tijdens de beroepsopleiding bewust te maken van de risico’s van carcinogenen en zich daarnaar te gedragen. Deze uitdaging werd georganiseerd door Slovenië en België.

Als je meer wilt weten over onze programma’s , kijk dan hier.

Over deze sjabloonlessen over kankerverwekkende stoffen.

De lesvoorstellen over carcinogenen zijn opgesteld door het Nationaal Onderwijsinstituut Slovenië en het ministerie van Arbeid, Gezin, Sociale Zaken en Gelijke Kansen van de Republiek Slovenië. Dit document is gebaseerd op Sloveense wetgeving en ervaring, en werd in de periode 2023-24 getest op enkele basisscholen in Slovenië. Dit lesvoorstel kan door de EU-lidstaten worden vertaald en aangepast aan hun behoeften en praktijken. Leerkrachten worden ook uitgenodigd om de gamification tool, ontwikkeld door onze collega’s in België, te gebruiken en te integreren in hun lessen voor middelbare scholieren.

Suggestie voor de les: Kankerverwekkende stoffen

  • Leeftijdsgroep: (minimaal) 6e klas van de basisschool (11 jaar)
  • Onderwerp/gebied: natuurwetenschappen

Doel van de les:

  1. Leerlingen worden getraind in het herkennen van pictogrammen voor gevaarlijke stoffen, vooral kankerverwekkende, mutagene en CMR-stoffen.
  2. Studenten schetsen geschikte methoden voor de bescherming tegen en het beheer van gevaarlijke stoffen, met name kankerverwekkende, mutagene en CMR-stoffen.
  3. Studenten leren meer over de problemen van chronische effecten van CMR-stoffen en de juiste preventieve aanpak.
  4. Leerlingen identificeren de oorzaken van het terugroepen van voedsel aan de hand van authentieke situaties en onderzoeken de eigenschappen van de gevaarlijke stof die ertoe hebben geleid dat een bepaald voedingsmiddel werd teruggeroepen. Leren hoe ze meldingen van teruggeroepen voedingsmiddelen kunnen vinden.
  5. Leerlingen leren over het veiligheidsinformatieblad als een “identiteitskaart” voor gevaarlijke stoffen en ontdekken welke informatie ze over de stof in dit document kunnen vinden.
  6. Leerlingen leren over Ethyleenoxide als een voorbeeld van biocide en carcinogenen.
  7. Leerlingen leren dat biociden bedoeld zijn voor de bestrijding van ongedierte, schimmels en bacteriën en dat ze gevaarlijke chemische stoffen of micro-organismen bevatten die een risico kunnen vormen voor de gezondheid van mensen, dieren en het milieu.
  8. Leerlingen leren over werkgerelateerde kanker als chronische beroepsziekte en de factoren die deze kunnen veroorzaken, en kennen de maatregelen om blootstelling aan gevaarlijke stoffen die mogelijk kankerverwekkend zijn te voorkomen.

Activity 1: verschillende voedingsmiddelen oproepen

  • Leerlingen ontvangen en lezen in groepjes voorbeelden van artikelen (tijdschriftteksten) die gaan over het terugroepen van verschillende voedingsmiddelen vanwege het te hoge gehalte aan kankerverwekkende stoffen, bijvoorbeeld ethyleenoxide (Nieuwsartikel 1: “Teruggeroepen voedsel neemt toe: wat is ethyleenoxide en waar wordt het aangetroffen?“).
  • Leerlingen presenteren aan elkaar (in groepjes) de inhoud/situatie uit individuele artikelen (wat de reden was voor de herinnering).
  • Leerlingen zoeken naar nationale en Europese websites waar informatie over het terugroepen van voedsel wordt gepubliceerd.

Nationale informatie over het terugroepen van levensmiddelen wordt gepubliceerd op de website van de Administration for Food Safety, Veterinary Sector and Plant Protection(https://www.gov.si/drzavni-organi/organi-v-sestavi/uprava-za-varno-hrano-veterinarstvo-in-varstvo-rastlin/), Europese informatie is te vinden op de websites van Safety Gate: EU rapid alert system for dangerous non-food products(https://ec.europa.eu/safety-gate-alerts/screen/webReport#recentAlerts) en Rapid Alert System for Food and Feed (RASFF)(https://food.ec.europa.eu/food-safety/rasff_en).

Wat moeten we doen als we thuis een teruggeroepen product hebben?

“Consumenten wordt geadviseerd om het voedsel niet te consumeren, maar terug te brengen naar de plaats van aankoop. Meestal is een factuur nodig om het aankoopbedrag terug te betalen,” adviseert de afdeling public relations van het ministerie van Landbouw.

Je kunt de lijst met teruggeroepen voedingsmiddelen hier volgen.

Nieuwsartikel 2: Ethyleenoxide in voedsel en risico’s voor de menselijke gezondheid (24 augustus 2021) Nationaal portaal voor voeding Prehrana

Uit verzamelde gegevens blijkt dat Ethyleenoxide in sommige niet-EU-landen wordt gebruikt als biocide of sterilisator voor oppervlakken van bepaalde gewassen. Dit omvat een fumigatieproces voor sesam- en johannesbroodzaden. Als het fumigatieproces onjuist wordt uitgevoerd, d.w.z. zonder ventilatie (en dus verwijdering van dit gas uit het voedsel), kan Ethyleenoxide in het voedsel achterblijven. In de EU is het gebruik ervan in de voedselproductie niet toegestaan, ongeacht de productiemethode (biologisch/conventioneel). De reden hiervoor is dat het een genotoxisch carcinogeen is en er nog niet genoeg toxicologische gegevens beschikbaar zijn met betrekking tot consumptie.

De meeste gegevens over de effecten van ethyleenoxide op de menselijke gezondheid zijn tot nu toe verkregen van mensen die eraan zijn blootgesteld door inademing. De biologische beschikbaarheid van de stof na inname is lager dan bij inademing, maar gegevens over het geabsorbeerde deel van ethyleenoxide zijn niet beschikbaar. In een recent opgesteld toxicologisch profiel voor ethyleenoxide schatte het U.S. Agency for Toxic Substances and Disease Registry dat scenario’s van inname van ethyleenoxide via voedsel die een ernstige bedreiging voor de gezondheid zouden blijken te zijn, minder waarschijnlijk zijn. Het maximumgehalte aan residuen van ethyleenoxide is daarom wettelijk vastgesteld op de analytische bepaalbaarheidsgrens in elke levensmiddelencategorie in de EU en dit is de actielimiet voor voedselveiligheid. Volgens sommige gegevens was het gebruik van ethyleenoxide in de voedingsindustrie in bepaalde landen van de huidige EU al in 1981 verboden, maar belangrijker is dat de huidige wetgeving het gebruik niet toestaat.

Uit analyses van levensmiddelen waarin ethyleenoxide mogelijk aanwezig is, is gebleken dat ethyleenoxide in de monsters wordt omgezet in 2-chloorethanol, dat in de EU samen met de oorspronkelijke stof ethyleenoxide wordt beoordeeld. De maximumwaarde voor residuen (MRL) van 0,1 mg/kg in het levensmiddelenadditief E410 komt dus overeen met de analytische bepaalbaarheidsgrens voor de som van ethyleenoxide en 2-chloorethanol, uitgedrukt als ethyleenoxide. Hoewel er beperkte toxicologische informatie is over 2-chloorethanol, heeft dieronderzoek aangetoond dat het mutageen is. Gezien het ontbreken van voldoende gegevens kan het mogelijk kankerverwekkende karakter niet worden uitgesloten. Voor de veiligheid van de gezondheid van de consument is het daarom verstandig om de stoffen collectief te beoordelen totdat er meer bijgewerkte informatie beschikbaar is.

Markttoezicht in de huidige situatie en terugroepen van producten

Bij de geïntensiveerde controle van mogelijke grondstoffen die sporen van ethyleenoxide kunnen bevatten, werd vastgesteld dat johannesbroodpitten die worden gebruikt om het levensmiddelenadditief E410 (johannesbroodpitmeel) te maken, besmet zijn. Vanwege het wijdverbreide gebruik van dit additief en de gediversifieerde distributie van de producten heeft de Europese Commissie activiteiten gestart om de geïdentificeerde problemen in alle lidstaten op uniforme wijze aan te pakken. Als gevolg daarvan zijn producten die het additief E410 bevatten uit de handel genomen. Hoewel E410 een veilig en toegestaan levensmiddelenadditief is dat niet verboden is in levensmiddelen, kan het toch een bron van ethyleenoxideverontreiniging zijn in verband met de kwestie in kwestie. Uit het onderzoek van het Voedingsinstituut is gebleken dat dit additief in Slovenië aanwezig is in 80% van de voorverpakte ijsjes die te koop zijn, en het komt ook veel voor in verschillende mengsels van bier en frisdrank en radlers en in plantaardige vervangingsmiddelen van room, yoghurt, kaas en melk.

Het terugroepen van voedsel voorkomt dat consumenten gedurende langere tijd worden blootgesteld aan ethyleenoxide, omdat er te weinig toxicologische gegevens zijn om een veilige limiet voor consumptie vast te stellen. De vastgestelde concentraties ethyleenoxide in sommige eindproducten zijn extreem laag; daarom vormen ze bij kortdurende blootstelling een klein probleem voor de menselijke gezondheid. Het is echter onwaarschijnlijk dat deze stof, via de inname van voedsel met het additief E410, bij consumenten klinische tekenen van vergiftiging zou veroorzaken.

Het Bestuur voor Voedselveiligheid, Veterinaire Sector en Plantenbescherming (UVHVVR) heeft distributeurs, voedselproducenten en detailhandelaren al ingelicht over het probleem en hen opgeroepen om de interne controle op Ethyleenoxide, dat ook onder officiële controle valt, te verscherpen. Als gevolg van het uitgebreide gebruik van het additief zullen naar verwachting veel voedingsmiddelen uit de handel worden genomen/teruggeroepen. Tegelijkertijd raden we consumenten aan om de aankondigingen op zowel de websites van fabrikanten en handelaren als de website van het Bestuur voor Voedselveiligheid, Veterinaire Sector en Plantenbescherming (UVHVVR) te volgen, naast andere mededelingen voor consumenten.

Hoe komt Ethyleenoxide in voedsel terecht?

De resulterende situatie roept de vraag op hoe een stof die verboden is in de voedselproductie zijn weg heeft kunnen vinden in voedingsmiddelen, vooral in yoghurt en ijs, die bijzonder populair zijn? Het gebruik van Ethyleenoxide in de voedselproductie is verboden in de Europese Unie. In sommige derde landen, waar Europese fabrikanten hun grondstoffen halen, is het echter tot op zekere hoogte toegestaan. Om dergelijke risico’s te voorkomen, zijn er in de Europese Unie strenge procedures en controles van kracht. Elk product in de voedselketen is zo veilig als de zwakste schakel van de keten. Deze zwakste schakels kunnen heel verschillend zijn. In het geval van Ethyleenoxide gebruikten fabrikanten een additief waarvan ze niet wisten dat het verontreinigd was met Ethyleenoxide. Ze gebruikten een toegestaan levensmiddelenadditief dat voldeed aan de vereiste specificaties, maar in dit geval werd de problematische stof pas later ontdekt. Dit gebeurt niet vaak, maar het kan gebeuren. De Europese Commissie heeft adequaat gereageerd en er goed op gelet dat het risico tot een minimum werd beperkt. De voedselwetgeving in de EU behoort tot de strengste ter wereld. Fabrikanten zijn primair verantwoordelijk voor de voedselveiligheid en er worden talloze procedures en controles geïmplementeerd om zoveel mogelijk zaken op te sporen die een gezondheidsrisico kunnen vormen. Voedingsmiddelen die niet veilig zijn, worden van de markt gehaald; consumenten worden geïnformeerd via terugroepacties en zijn op de hoogte van de actualiteit, waardoor ze de producten kunnen terugbrengen waar ze ze gekocht hebben.

Waarom nu?

We waren benieuwd waarom er nu zo’n massale terugroepactie was, of de aanwezigheid van deze stof niet eerder was gecontroleerd en of het mogelijk was dat iemand al jaren achtereen met Ethyleenoxide besmette producten had geconsumeerd. Dit is hoe het ministerie van Landbouw ons antwoordde: “Ethyleenoxide was niet opgenomen in het EU-monitoringsprogramma omdat het niet is goedgekeurd als werkzame stof voor gebruik in GBP’s op communautair niveau. De aanwezigheid ervan werd echter door sommige lidstaten gecontroleerd als onderdeel van de nationale monitoring, voornamelijk vanwege de invoer uit derde landen. Na de ontdekking van de besmetting van sesam met voornoemde stof hebben zowel de verantwoordelijke operatoren als de inspectiediensten de controles verscherpt. Uit de gegevens van het EU-systeem voor snelle waarschuwingen voor gevaarlijke levensmiddelen en diervoeders (RASFF) blijkt dat residuen van ethyleenoxide ook voorkomen in andere producten: specerijen, kruiden, additieven, enz. Gezien de momenteel beschikbare gegevens (bevindingen van traceerbaarheidscontroles) kunnen we niet zeggen dat dit al enkele jaren achtereen het geval is. Bovendien zijn niet alle voedingsmiddelen/partijen niet-conform, dus opname via meerdere jaren consumptie van hetzelfde product is onwaarschijnlijk.

Ze zorgden ervoor dat deze kwestie zich in de toekomst niet meer zou voordoen dankzij meer controle, maar dat helaas op geen enkel gebied 100% veiligheid kan worden gegarandeerd, zelfs niet op het gebied van voedselveiligheid.

Activity 2: verpakkingsetiketten begrijpen

  • Leerlingen bekijken verschillende verpakkingen met gevaarlijke stoffen. Ze zoeken in de groep uit hoe we weten of te weten komen welke stoffen in een bepaald product zitten en hoe we weten of deze stoffen gevaarlijk zijn.
  • Ze onderzoeken of Ethyleenoxide of additief E410 nog aanwezig zijn in producten.

Activity 3: ethyleenoxide

  • De leerkracht zet de leerlingen aan het denken door vragen te stellen: Wat voor soort stof is ethyleenoxide? Hoe zou je de eigenschappen ervan bepalen? Laat een map of ordner zien met de veiligheidsinformatiebladen van chemische stoffen die ze in het schoollaboratorium hebben.
  • Door individueel verschillende voorbeelden van veiligheidsinformatiebladen te bekijken, ontdekken leerlingen wat het doel ervan is en welk soort stofgegevens ze bevatten.

Wat is Ethyleenoxide eigenlijk?

Ethyleenoxide is een carcinogene stof die een risico vormt voor de menselijke gezondheid. “In de EU is het gebruik van Ethyleenoxide in de voedselproductie niet toegestaan, ongeacht de productiemethode (biologisch/conventioneel). Het maximumgehalte aan residuen van ethyleenoxide is in de EU wettelijk vastgesteld op 0,05 mg/kg voedsel en vormt de actielimiet met betrekking tot voedselveiligheid”, aldus het NIJZ.

Volgens de Consumentenbond van Slovenië is Ethyleenoxide geen stof die wordt aangetroffen op wattenstaafjes die worden gebruikt bij coronavirustests. Het wordt al tien jaar gebruikt om dergelijke medische hulpmiddelen te steriliseren. De hoeveelheid is echter zo klein dat het risico vrijwel verwaarloosbaar is.

Maar het kan niet over het hoofd worden gezien wanneer Ethyleenoxide wordt aangetroffen in voedsel. Het wordt ook gebruikt als ongediertebestrijdingsmiddel bij een fumigatieproces. Als deze procedure verkeerd wordt uitgevoerd, kunnen (te) grote hoeveelheden van deze stof in voedsel terechtkomen, wat nu gebeurt.

Activity 4: de eigenschappen van ethyleenoxide

  • De leerkracht deelt een veiligheidsinformatieblad over Ethyleenoxide uit aan alle groepen.
  • Door de H- en P-zinnen te onderzoeken willen de leerlingen de kenmerken van Ethyleenoxide identificeren, dat verantwoordelijk was voor het terugroepen van het voedsel dat dit bevatte.
  • De leerkracht geeft de leerlingen een begrijpelijke uitleg over de wetten met betrekking tot de toegestane hoeveelheid ethyleenoxide in voedsel of de bron ervan (bijv. Nieuwsartikel 2: “Ethyleenoxide in voedsel en risico’s voor de menselijke gezondheid”).

Activiteit 5: Feiten over kanker als beroepsziekte

  • Leerlingen bekijken de animatiefilm “Napo vraagt aandacht voor verborgen moordenaars”.
  • In de groep bekijken ze de folders “Feiten over kanker als beroepsziekte” (bijlage) en concluderen ze wat kanker betekent, wat een carcinogeen is, hoe we het labelen en hoe we ermee omgaan.
  • Ze leren over bepaalde situaties of werkplekken waar werknemers worden blootgesteld aan mogelijk carcinogenen en vertellen wat passende beschermingen zouden zijn om het risico op kanker te minimaliseren.

Opmerking: Variaties in de volgorde en combinatie van voorgestelde activiteiten zijn mogelijk, vooral in het geval van de carcinogenen in kwestie.

Nieuwsartikel 1: Teruggeroepen voedsel neemt toe: wat is Ethyleenoxide en waar komt het voor?( 21 augustus 2021 Eko Dežela magazine_

De lijst met teruggeroepen voedingsmiddelen vanwege Ethyleenoxide wordt steeds langer. Meer dan 150 yoghurts, kefirs en ijsjes zijn al teruggeroepen, waaronder een groot aantal met het label “biologisch”.

Het additief E410 johannesbroodpitmeel, waarin de aanwezigheid van ethyleenoxide is gevonden, is controversieel. In feite was het johannesbroodmeel verontreinigd met ethyleenoxide. Langdurige blootstelling aan producten die ethyleenoxide bevatten, kan schadelijk zijn voor de menselijke gezondheid.

Inhoudsopgave

Sign up for our newsletter to become part of our community. Or follow us on LinkedIn and join the conversation!
Meld je aan voor onze nieuwsbrief om deel uit te maken van onze gemeenschap. Of volg ons op LinkedIn en neem deel aan het gesprek!